Voor Finn en Borre: Padje en Schillebil kijken in de spiegel.

Schillebil en Padje zijn stiekem op de motor van opa Henk geklommen en kijken samen in de zijspiegel van de motor. Eigenlijk mag dat niet van opa, maar die ligt toch weer eens te slapen.

“Hé, Schillebil! Zie jij ook dat ik anders ben dan jij?”

Schillebil kijkt verbaasd naar Padje: “Wat is dat, “anders” ?”

Dat vindt Padje een moeilijke vraag… “Nou, mijn gezicht heeft bijvoorbeeld een andere kleur dan jouw gezicht! Mijn gezicht is geel!”

“Nou, én…..!?”, zucht Schillebil.

“Nou….,” zegt Padje, … “daar moet ik opeens aan denken omdat opa Henk foto’s heeft gemaakt van een oud kasteel, hoog op de berg.” Padje pakt z’n iPadje en zegt: “Kijk, je kunt hem vanaf de camping zien.”

“Opa is er ook héél dichtbij geweest. Daarvoor moest hij een héle lange wandeling maken de berg op. Hier zie je de dikke muren van het kasteel.”

“Hij is zelfs naar binnen geweest. Kijk: hier kun je naar binnen…..”

“Dat heet “de poort” van het kasteel. Je kunt de twee ijzeren hekken nog zien die dicht kunnen. Dan kan niemand er in of er uit! Opa vertelde dat er heel lang geleden mensen in het kasteel woonden, achter die muren en achter die poort. Maar nu woont er niemand meer. Opa was er helemaal alleen”

Terwijl Padje z’n iPadje weer opruimt zucht Schillebil weer heel diep. Hij kijkt in de spiegel en zegt: “Maar Padje, wat heeft dit kasteel nou te maken met jouw gele gezicht?”

“Nou”, zegt Padje, “…. ík denk dat de mensen die vroeger in dit kasteel woonden heel bang waren voor andere mensen. Bijvoorbeeld omdat ze er anders uitzagen. Daarom verstopten ze zich. Ze verstopten zich op een hele hoge berg, met dikke muren om zich heen en een ijzeren hek dat niemand er in kan komen.”

“Oh”, zegt Schillebil. “Dus anders en bang is hetzelfde?”

Daar moet Padje heeeeeeeeel lang over nadenken………, en langer…..,, en nog langer……

“Nou, zeg je nog wat?”, vraagt Schillebil.

Maar er komt geen antwoord. Padje weet het niet.

Dan zegt Schillebil: “Ik begrijp wel dat daar nu niemand meer wil wonen. Hier beneden op de camping is het veel leuker. Hier zijn geen muren en een Slagboom is veel leuker dan een hek 🙂.

Laten we maar verstoppertje gaan spelen voordat opa wakker wordt. Ik ben bang dat we anders wéér moeten afwassen. Maar ik ben niet bang omdat jij geel bent. Jij bent een géél schildpadje, ik ben een róze schildpadje en verstoppertje spelen op de camping is superleuk!